1. Home
  2. Berichten
  3. Religie
  4. Wereldreligies
  5. Islam
  6. Islamitische afkeer van westerse democratie

Islamitische afkeer van westerse democratie

Gepubliceerd op: 9 september 2002
Categorie: Islam 

Na de uitzendingen van Nova waarin radicale imams hun gal spuwen over de westerse democratie en haar verworven rechten evenals hun uitspraken over vrouwen, blijkt dat deze ideeën in de islamitische wereld nog volop leven.
De Marokkaanse schrijfster en sociologe Fatima Mernissi, ontleed in haar boek ‘Islam en democratie’ de angst van de islam voor het westen. Het boek is bijna tien jaar geleden geschreven, maar heeft van zijn actualiteit nog niets verloren. Ja, de analyses van Mernissi van de islamitische maatschappij en het islamitische religieuze denken zijn, na de aanslagen van 11 september, actueler dan ooit.

Voor alle duidelijkheid, niet alleen kritiseert zij de islam in zijn extreme verschijningsvormen, maar ook het westen, met name het dubbelhartige buitenlandse beleid van Amerika, krijgt er van langs.

Dag in dag uit wordt de bevolking in de islamitische landen wijsgemaakt dat het westen verdorven en slecht is. ‘Gharb’ betekent het westen, maar ook het duistere, het onbestemde en het onbegrijpelijke dat collectieve angsten oproept. Arabische leiders maken hier handig gebruik van. Mernissi ontleedt in haar boek de psychologische mechanismen van deze strategie.

Elke rationele en kritische opstelling tegenover de politieke en geestelijke leiders wordt veroordeeld als een afwijzing van de islam en een gebrek aan respect tegenover hun principes en idealen. Individuele meningen verzwakken alleen maar de groep en spelen tegenstanders in de kaart. Mernissi meent daarom al in het begin van haar boek dat de islam de enige monotheïstische godsdienst is waarvan het wetenschappelijke onderzoek systematisch wordt ontmoedigd. Want een rationeel geanalyseerde islam kan moeilijk in dienst gesteld worden van despoten.

Het is al vaak gezegd en geschreven, maar toch lijkt de bizarre werkelijkheid van de islam de westerling niet of nauwelijks te raken. Mernissi beweert dat moslims lijden aan een culturele amputatie, zij zijn verstoken gebleven van alle verworvenheden van de afgelopen eeuwen ‘met name de principiële en praktische tolerantie, dat wil zeggen het wereldlijke humanisme dat zorgde voor de ontplooiing van de burgerlijke maatschappij in het Westen’.

Het gevoel van islamitische eenheid tegenover het westen en tegen de westerse kolonisatoren is een belangrijk onderdeel van de afsluiting voor alles wat in het westen als democratische verworvenheid wordt gezien.
Zaken als christendom, reformatie, verlichting, humanisme, worden gezien als vreemde elementen, als de vijfde colonne van de vijand en als verraad van de nationale zaak. Helaas zijn de meeste intellectuelen in het westen nauwelijks doordrongen van het feit dat dit een van de pilaren van het islamitische denken is. De breuk met de middeleeuwse staat, die willekeur rechtvaardigt, heeft nooit plaatsgevonden.

Nu heeft een aantal islamitische staten een parlement en een redelijk vrije pers, een grondwet en algemeen kiesrecht. Maar volgens Mernissi ontberen ze het belangrijkste: recht op zelfbeschikking van het individu en de vrijheid van meningsuiting, ‘die in feite de filosofische basis vormt voor de representatieve democratie’. Aan de vorming van burgerschap wordt niet gewerkt. ‘Elke toegeeflijkheid aan individuele voorkeuren en verlangens wordt bestempeld als irrationeel’. Vrijheid staat in de Arabische wereld gelijk aan wanorde. Geloofsvrijheid is toegestaan, zolang men maar binnen de islam blijft.
Leden van de Arabische intelligentsia die deze verstikkende atmosfeer van religieus verduistering niet kunnen verdragen leven voornamelijk in westerse steden als Parijs, Londen en New York.

Deze onvrijheid, die zich bijvoorbeeld ook uitstrekt op het gebied van wetenschap, heeft in de Arabische wereld voor een eeuwenlange maatschappelijke stilstand gezorgd. Bang voor de aantasting van de binnenlandse autoritaire structuur.
Een wijdverbreid gevoel van mislukking en verkwisting van talent is kenmerkend voor de Arabische maatschappij. Daar valt bijvoorbeeld onder de ongelijke opleidingskansen en het idee dat een koranschool voor kinderen belangrijker zou zijn dan middelbaar en hoger onderwijs. Verspilling van menselijke capaciteiten, vindt Mernissi dat.

Interessant is ook dat de meeste moslimlanden het Handvest van de Verenigde Naties ondertekend hebben, maar zich er verder niets van aan trekken. Men gruwt met name van artikel 18: ‘Een ieder heeft recht op vrijheid van gedachte, geweten of godsdienst. Dit recht omvat tevens de vrijheid om van godsdienst of overtuiging te veranderen’ (….).
Maar dit artikel is door de islamitische clerus altijd weggemoffeld, want ‘wanneer men de media en de miljoenen had gemobiliseerd om artikel 18 uit te leggen, zou dit betekend hebben dat men de filosofische basis moest uitleggen van de wereldlijke staat en had men het gebruik van het staatsapparaat voor het creëren van een blinde gehoorzaamheid aan de president van de republiek moeten verbieden’.
De islamitische leiders hebben steeds beperkende wijzigingen om elk mogelijk conflict tussen het Handvest en hun autoritaire interpretatie van de islam te verbergen. Er moesten dus nogal wat juridische trucs uitgehaald worden om islamitische wetsteksten ‘acceptabel’ te maken. Fundamenteel wijst men het gelijkheidsprincipe af. De situatie van de mensenrechten in de meeste Arabische landen is er dan ook naar.

Er wordt in de Arabische landen veel gescholden op het Westen en met name op Amerika. Maar de McDonald hamburger, Coca Cola, Nike schoenen en jeans vormen felbegeerde statussymbolen voor de Arabische jeugd. Ook de traditionele islamitische tijdrekening is grotendeels verdrongen door de christelijke, westerse tijdrekening.

Mernissi beschrijft in haar boek de positie van de vrouw die heden ten dage in de meeste islamitische landen ten hemelschreiend is vergeleken met de positie van de westerse vrouw. Er is de afgelopen decennia wel iets verbeterd, maar vrouwen blijven in een minderwaardige positie, ondanks hun kritiek op regerende elites.
Aan de mannelijke machtspolitiek van de sluier wijdt zij een beschouwing evenals aan de duistere polytheïstische godenwereld van de pre-Arabische stamcultuur.

Mernissi citeert een Algerijnse sjeik die vindt dat vrouwen en wijn de oorzaak van alle economische en politieke problemen zijn waar islamitische landen onder lijden. Dit soort hersenspinsels worden dagelijks in moskeeën in de Arabische wereld verkondigd.
Maar ook de simpele ongecompliceerde levensfilosofie van de Arabier, zijn despotisme, arrogantie en mateloos zelfvertrouwen ontkomen niet aan Mernissi’s fileermes.

‘Democratie moet het gewone volk door scholing en alledaagse praktijk via de moskeeën en de markten (soekhs) bereiken’. Maar zolang de moslims dromen van het prachtige gevoel van onderlinge saamhorigheid, van een universele gemeenschap (oemma), zijn de idealen van de westerse democratie voorlopig nog niet salonfähig.

het knp

Over Het KNP

Nieuwe artikelen via E-mail?

Ontvang de nieuwe artikelen direct in uw e-mail.