De ontwikkelingen op het gebied van nanotechnologie volgen elkaar in rap tempo op. Deze ontwikkelingen zullen grote gevolgen hebben op sociaal en ethisch vlak, maar zullen waarschijnlijk ook ons heersende mensbeeld veranderen.
Daarnaast zal onderzocht moeten worden of nanotechnologie niet schadelijk is voor de gezondheid, want nanodeeltje zijn in staat atomen en moleculen van het menselijke lichaam te manipuleren. En juist binnen de medische en farmaceutische wereld wordt inmiddels geruime tijd geprobeerd om de nanoschaal te bereiken. Zo zijn er verschillende technieken ontwikkeld om bij voorbeeld (erfelijke) ziektes op te sporen en genetische testen uit te voeren.
Het artikel in het tijdschrfit Privacy & Infomatie gaat in op de toepassingen die nanotechnologie biedt voor onderzoek in het (menselijke) lichaam.
Zo zijn er inmiddels al drie medische toepassingen: de DNA chip, de Lab-on-a-chip en de nanorobots.
Binnen de preventieve diagnostiek wordt momenteel gebruik gemaakt van de DNA chip. Deze chip bevindt zich nog op de micrometerschaal maar moet verder verkleind worden tot de nanoschaal. Deze chip kan ziektes en afwijkingen opsporen die hun oorsprong hebben in de genen. Verdere mogelijkheden zijn om de effectiviteit van bepaalde behandelmethoden goed en constant te monitoren en het thuis uitvoeren van genetische zelftesten.
De Lab-on-a-chip wordt gebruikt voor het waarnemen en diagnosticeren van ziektes. Zij kunnen snel vloeistoffen en chemische stoffen per nanoliter meten, scheiden, analyseren en laten reageren, waardoor een onderzoek naar, bij voorbeeld een nieuw medicijn, vele malen sneller en efficiënter uitgevoerd kan worden. Ziektes kunnen daarbij al in de kiem gesmoord worden voordat zij openbaar worden.
Deze chip kan in het lichaam geïmplanteerd worden waar het continu de verschillende biochemische niveaus in de gaten kan houden en, in reactie daarop, de juiste medicijnen op de juiste plaats kan brengen.
De nanorobotjes gaan nog verder. Zij zijn in staat ziektes op te sporen en te genezen. Zij kunnen van ieder mens een supermens maken en iedereen kan vele jaren langer leven.
Nanorobotjes zouden in de toekomst aangewend kunnen worden om onze cellen te onderzoeken en te veranderen om ons gezond te maken en te houden. Maar dit is voorlopig nog toekomstmuziek.
Privacy heeft hier voor een belangrijk deel te maken met de lichamelijk integriteit. De chips die ontwikkeld zijn, hangen sterk samen met de ontwikkelingen op het gebied van genetica en de kennis van het menselijk lichaam.
Als chips inderdaad (erfelijke) ziektes kunnen opsporen is de volgende stap in hoeverre het een verplichting gaat worden om chips te laten implanteren. Kan een toekomstige werkgever een sollicitant verplichten om zich te laten screenen?
Het toestemmingsvereiste voor een screening of medische behandeling kan in de praktijk een lege huls blijken te zijn.
Stel dat werkgevers alleen nog maar mensen aannemen die genetisch verbeterd zijn en beschikken over eigen nanorobotjes die constant de lichamelijke en wellicht ook geestelijke gesteldheid in de gaten houden.
Met name levensverzekeringsmaatschappijen zullen buitengewoon geïnteresseerd zijn in deze informatie. Heeft iemand bij voorbeeld een verhoogd risico om op latere leeftijd ziek te worden? Zo kunnen mensen gedwongen worden afstand te doen van hun recht op lichamelijke privacy.
Maar ook binnen Amerikaanse defensiekringen wordt de nanotechnologie ingezet om bij voorbeeld de bescherming en overlevingskansen van soldaten te verbeteren.
Hooggevoelige sensoren moeten chemische en biologische oorlogvoering al in een vroeg stadium opmerken. Veel van deze onderzoeken zijn geheim. Maar ook zijn er wapens te construeren die gebruik maken van nanotechnologie.
Verder wordt er ook met een landelijk dekkend sensornetwerk geëxperimenteerd.
Dan volgt de onvermijdelijke vraag wie en wat er allemaal in de gaten gehouden gaat worden en wie toegang heeft tot deze informatie. Met sensoren kan er gigantisch veel informatie over burgers verzameld worden.
En als staatsveiligheidsdiensten deze middelen gaan inzetten tegen burgers?
Dan staat het huisrecht op de tocht. Met sensors zou op een niet-fysieke manier in de woning binnengetreden kunnen worden. Het gebruik van sensoren om van buitenaf naar binnen te kijken is nergens nog wettelijk geregeld.
Sensoren zouden bovendien in de verre toekomst in staat zijn emoties van mensen in te schatten. Wat gebeurt er dan met deze informatie? Want gevoelens zijn namelijk voor verschillende interpretaties vatbaar. Indien hier onzorgvuldig mee wordt omgesprongen kunnen de gevolgen voor de personen om wiens emoties het gaat, groot zijn.
De burger wordt dan met recht de transparante burger die geen enkel geheim meer kan koesteren. Koppelingen met andere computerbestanden leveren dan nog meer informatie op over burgers. Er kunnen dan specifieke persoonsprofielen opgesteld worden. Profileren door middel van het verzamelen van gegevens wordt nu al op grote schaal toegepast om zo onder meer een bepaalde groep mensen gericht te kunnen benaderen voor direct marketingdoeleinden. In de toekomst gaat het dus niet meer om groepsprofilering, maar om zeer gerichte persoonsprofilering.