De ‘Asia-Pacific region’ is een gebied dat zich uitstrekt van Hawaï tot Pakistan, de Aleoeten en Australië. Het ‘Strategic Studies Institute’ en het ‘Army War College’ van de U.S.A. hebben, onder redactie van Andrew Scobell en Larry M. Wortzel, een studie laten verschijnen over de veiligheid in genoemd gebied.
Hoewel de bewapening is verminderd, wordt de belangrijkheid nog wel ingezien, en de gevaren die van verschillende kanten dreigen. Tegelijk met de economische ontwikkeling en de toegenomen welvaart, zijn er meer uitdagingen gekomen voor het bewaren van de regionale vrede en de stabiliteit. Er broeit terrorisme onder de oppervlakte, gesteund door de handel in verdovende middelen en internationale criminaliteit. Bovenal is de kans op een grote oorlog gebleven, terwijl kleinere locale conflicten de aandacht afleiden. Vooral het Koreaanse schiereiland trekt de aandacht, maar daarachter is er de dreiging van Rood-China.
In deze eeuw is de ‘Asia-Pacific region’ bezig het werelddeel Europa te verdringen van de eerste plaats. Het is voor de naaste toekomst ook een belangrijker leverancier van grondstoffen, en wellicht een groeiend afzetgebied voor moderne westerse producten, hoewel die gemakkelijk nagemaakt kunnen worden.
Een gewapend conflict met communistisch Noord-Korea ligt voor de hand en is zeer gevaarlijk, want dat land beschikt over vele soorten wapens voor massavernietiging en raketten met atoomkoppen, die zowel Hawaï als Alaska kunnen bereiken.
Een ander kruitvat wordt gevormd door de brutale aanspraken van Rood-China t.a.v. Taiwan, waar historisch gezien de wettige Chinese regering zetelt met een bevolking van 23 miljoen mensen. Het voortbestaan van ongehinderde groei, communicatie en handel in de ‘Asia-Pacific region’ is van vitaal belang voor de U.S.A. Vandaar de aanwezigheid van de Amerikaanse vloot met 100.000 militairen op strategische plaatsen in het hele gebied.
Spreken over vredelievende oplossingen heeft weinig zin tegenover regeringen, die gebieden opeisen. Dus met name Noord-Korea en Rood-China, die niet geloven dat de U.S.A. hen werkelijk met groot geweld zal beletten om in bezit te nemen wat zij willen. Toch is dit het, wat politieke adviseurs telkens opnieuw aanraden. Bovendien geloven deze personen, dat democratie een soort wonderolie is, die elk land gelukkig zal maken. Zij hopen dat Japan een goed voorbeeld zal geven.
Rood-China gaat echter door met spionage en financieren van activiteiten, die niet in het belang zijn van de Westerse samenleving. Het verspreiden van moderne wapens en technische kennis naar landen, die evenmin belangstelling hebben voor een eerlijk, vredelievend voortbestaan met Westerse mogendheden. Het bezet zoveel mogelijk kleine eilanden in de Zuid-Chinese zee. Rusland houdt Japanse bezittingen ten noorden van Japan bezet. Bangladesh heeft een conflict met India, Brunei met Maleisië, Cambodja met Thailand, India met Pakistan (over Kashmir), Japan met Zuid-Korea, Laos met Thailand, Maleisië met de Filippijnen, de Spratly eilanden met Taiwan, Vietnam met Indonesië. Al die conflicten hebben de kiem van een oorlog in zich, ook al beperken ze zich tot nu toe nog tot plotselinge botsingen of vernielingen.
Sommige rassen haten elkaar of elkaars godsdienstige overtuiging. In de politiek kent men weinig stabiliteit. Men wantrouwt elkaar op allerlei gebied. Een wapenstilstand duurt vaak maar kort. China, India en Pakistan jagen elkaar de stuipen op het lijf door proeven te nemen met atoomwapens. In Indonesië wordt in verschillende delen gevochten (Moslims tegen christenen). In Cambodja hebben regeringstroepen met moeite de communist Ta Mok de gevangenis in gewerkt. Communistische groepen uit Birma vallen regelmatig dorpen aan in Thailand. Er zijn veel prostituees die AIDS verspreiden.
