Een stukje Azië, dat meestal over het hoofd wordt gezien, is het eiland Penang, met de hoofdstad George Town. Het behoort tot Maleisië, waarvan de hoofdstad Kuala Lumpur meestal in het nieuws is. Nog meer de aandacht trekt het hypermoderne, zeer aktieve, onafhankelijke Singapore.
Toch is de havenstad George Town niet onbelangrijk. Penang is een Engelse kolonie geweest en heeft de sporen daarvan niet zo drastisch uitgewist als de grotere steden hebben gedaan. Naast een aantal hoge moderne gebouwen worden oudere, historische bouwsels gerespecteerd en met toewijding onderhouden of gerestaureerd.
Het stadsplan is destijds met een vooruitziende blik ontworpen, zegt Milton Osborne in ‘The Bulletin’. De straten zagen er in 1780 niet veel anders uit dan nu; breed genoeg en in rechte lijnen.
Aan het voormalige plein van de Verenigde Oostindische Compagnie (die in 1602 in Amsterdam werd opgericht) staat de fraaie Anglicaanse kerk van St. George in Griekse stijl voltooid in 1817. Een eindje verderop staat een rooms-katholieke kathedraal. Er is een school gevestigd in het eerste regeringsgebouw van Penang, waar destijds gouverneur Francis Light met zijn gezin woonde, na zijn dood (1794) opgevolgd door James Scott.
Op de grafstenen van het Protestantse kerkhof staan heel wat namen van jonge mensen, waaruit blijkt dat veel Europeanen bezweken door tropische ziekten op het eiland. Zelfs vier kinderen van Dr. William Williamson (Madras Medical Service), die niet ouder werden dan twee jaar. Maar, er is ook het graf van Thomas leonowens, de echtgenoot van Anna, die als weduwe onderwijzeres werd aan het hof van de koning van Siam (bekend geworden door het verhaal ‘The King and I’).
Het prachtige witte stadhuis wordt ‘bruidstaarten-architektuur’ genoemd, maar is een trekpleister voor toeristen om foto’s van te maken.
Het oude ‘Eastern and Oriental Hotel’ is verkocht en wordt gemoderniseerd. Er wordt trouwens zoveel gebouwd, dat elk stukje grond met het jaar duurder wordt en het gemeentebestuur grote moeite heeft te verhinderen dat historische gebouwen niet worden verkocht en/of afgebroken, zoals het in Kuala Lumpur en Singapore is gegaan. Men kan binnenshuis verbouwen, maar van de buitenkant afblijven.
Destijds kwamen de eerste immigranten uit Atjeh (Sumatra) en er is een straat genoemd naar de stadswijk, waar zij zich vestigden. Hun nakomelingen zijn bijna allemaal Moslims. Daarom staat er in George Town ook een ‘Kapitan Kling Moskee’, die er heel modern uitziet, met een uivormig verguld dak in het midden.
Geleidelijk hebben de Chinezen, Indiërs (afkomstig uit het zuiden van dat overbevolkte land), Maleisiërs, enz. zich met elkaar vermengd. Onder hen bevinden zich verschillende soorten christenen, die over het algemeen traditioneel zijn ingesteld; er zijn verscheidene kerken. Het aantal inwoners van de stad is gestegen tot 250.000. Hun ontwikkeling wordt vooral gestimuleerd door Khoo Su Nin, de dynamische leider van de ‘Penang Heritage Trust’, die een boek heeft geschreven over het Aziatisch moderniseren waarbij oud en nieuw verenigd kunnen worden.
Een grote verbetering is bereikt door de bouw van een 13 kilometer lange brug, die Penang verbindt met het vaste land van Maleisië. Er zijn sindsdien talrijke fabrieken gebouwd in het zuidelijke deel van George Town.
Er zijn rijstvelden verdwenen, maar de hotels van Batu Ferringhi zijn niet in het gedrang gekomen.
Zo ontwikkelt dit stukje Azië zich en groeit mee met de tijd waarin we leven.